Het is zeer waarschijnlijk dat jij tijdens jouw cannabiskweek zult merken dat een bepaalde plant alles heeft wat jij zo fijn vindt aan die soort. Hij maakt zo veel indruk op je dat je het liefst had dat al je planten zo waren. Wel, dat kunnen ze worden. Je kunt deze cannabisplant gebruiken als moederplant voor al je klonen, en zo kun je die specifieke genen van de moeder steeds maar weer opnieuw reproduceren.

Voor het klonen van cannabis heb je een stekje nodig, die je dan laat opgroeien tot een volwaardige wietplant. Elke wietplant kan een moederplant worden zo gauw hij een bepaalde groeifase bereikt heeft en een behoorlijk aantal knopen heeft. De beste plek op de moederplant om een stekje van te nemen is boven een knoop die ten minste twee of meer knopen boven zich heeft. Als je het stekje hebt genomen moet je dit meteen in een kweekmedium zetten, waar het hopelijk snel begint met het ontwikkelen van zijn eigen wortelstelsel.

Een gekloonde cannabis bloeit vaak sneller dan haar uit een zaadje ontkiemde tegenhanger. Je weet ook wat je kunt verwachten, want een kloon heeft dezelfde genen als de moeder – als je het kunt is klonen een uitstekende manier om ervoor te zorgen dat je nooit meer zonder je favoriete wiet komt te zitten.

Kloonmedia

Het succes van een kloon hangt voor een groot deel af van het kloonmedium dat je gebruikt voor de ‘hergeboorte’. Hier worden meestal aarde, water of blokken steenwol voor gebruikt.

Als je jouw kloon meteen in de grond stopt, zul je over het algemeen niet veel succes hebben. De voedingswaarde en de aard van de grond kunnen van grote invloed zijn. Als je deze methode wilt toepassen, raden we je aan om potgrond te nemen met gelijke verhoudingen van stikstof, fosfor en kalium. Gebruik geen ontkiemingsgrond, dit proces is niet hetzelfde als ontkieming. Ontkiemingsgrond heeft niet de juiste voedingssamenstelling en er zitten vaak ook hormonen in die de groei van zaailingen stimuleren, en dat is niet wat we hier nodig hebben.

Waterklonen is vaak ook niet erg succesvol. Als je klonen eenmaal wortels gaan ontwikkelen zullen ze lucht nodig hebben, en dat is onder water niet zo maar beschikbaar. Dit betekent dat je de klonen dan naar een ander medium moet verplaatsen. Deze verhuizing van de kloon veroorzaakt stress bij de plant en dat vermindert de kans op succes, zeker als je de plant meerdere malen moet verpotten. De beste, en tevens door ons geprefereerde methode is die waarbij je jouw stekjes in blokken steenwol plaatst. Deze bieden de kweker een hoge mate van controle en zijn over het algemeen succesvol. Steenwol heeft een groot vermogen om water vast te houden en tegelijkertijd lucht te laten circuleren – dit is ideaal voor wortels.

We moeten ook opmerken dat het mogelijk is om klonen te maken met aërobe kits, maar dit is een geavanceerde methode die erg lastig te leren is en alleen wordt toegepast door de meest ervaren en zelfverzekerde kwekers.

Wortelhormonen/-oplossingen

Om een kloon te creëren heb je een worteloplossing nodig. Dit is meestal een poeder of een gel. Poeders worden meestal gebruikt voor klonen met aarde. Je kunt het poeder bovenop de aarde aanbrengen waar je de kloon in geplant hebt. Hierdoor sijpelen de wortelhormonen bij het bewateren de grond in naar de onderkant van het stekje en stimuleren daar de groei van wortels. Meestal is het beter om een gel te gebruiken. Deze breng je aan op de plek waar het stekje is afgesneden. Deze gel bevat niet alleen alles wat een kloon nodig heeft om wortels te ontwikkelen, de gel fungeert ook als een luchtdichte afsluiting, die ervoor zorgt dat er geen lucht bij de wortels komt om daar de groei te belemmeren. Gel is oplosbaar in water, het wordt dus niet weggespoeld. Het gaat zodoende langer mee dan poeder. Het is belangrijk dat je ervoor zorgt dat, welke worteloplossing je ook gebruikt, er altijd vitamine B1 in zit (ook bekend als thiamine) – het is erg belangrijk voor een gezonde wortelgroei in cannabisplanten.

Het Creëren van een Cannabiskloon

Je moet een stekje nemen van een vegetatieve moedercannabis. Neem een stekje weg boven een knoop waar nog eens twee of meer knopen boven zitten. Zorg ervoor dat er ten minste 7,5 cm tussen de snijplek en de volgende knoop zit; als de afstand langer is wordt het moeilijker voor de kloon om al het water en de voeding op te nemen de hij nodig heeft om wortels te vormen.

Als je eenmaal een cannabiskloon hebt, dip je de onderkant in een worteloplossing om de vorming van wortels te stimuleren. De cannabiskloon kan dan in de steenwol geplaatst worden (of welke methode je ook maar kiest). Als je steenwol gebruikt, moet je ervoor zorgen dat je het medium niet doorboort en dat er lucht bij de onderkant kan komen. Zorg er daarna voor dat je deze gaten met extra stukjes medium vult, anders belemmer je de wortelvorming. Gebruik relatief kleine stukjes steenwol, zo kun je de wortelgroei makkelijk in de gaten houden.

Plaats je stekje in een bakje met een doorschijnende deksel om ze warm en vochtig te houden en licht door te laten. Een kloon heeft niet veel licht nodig om wortels te vormen. Het is voorlopig voldoende als je ze op je vensterbank of onder een fluorescerend licht plaatst.

Welk medium je ook gebruikt, je moet er zorg voor dragen dat het nooit uitdroogt, anders zal je kloon hoogstwaarschijnlijk sterven. Steenwol biedt het voordeel dat het in een bakje gedurende lange tijd vochtig kan blijven zonder dat het de klonen verzadigt met water. Giet geen water in het bakje, zorg er alleen voor dat de steenwol van de bovenkant bevochtigd wordt. Onthoud dat het kweekmedium een speelveld wordt voor schimmels en zwammen, dat komt doordat het constant nat moet blijven. Houd het dus goed in de gaten, dit soort dingen moet je niet op zijn beloop laten.

Hoe lang je klonen nodig hebben om wortels te ontwikkelen en hoe succesvol ze hierin zijn, hangt voor een groot deel af van de soort cannabis die je gebruikt. In de meeste gevallen duur het 2-3 weken, maar wees niet ongerust als het iets langer duurt (sommige soorten zijn berucht doordat ze zo moeilijk in een kloon zijn te vangen).

Als je eenmaal wortels buiten de steenwol ziet verschijnen, weet je dat jouw cannabisklonen succesvol zijn en gereed zijn om naar het hoofdmedium te verhuizen.

Extra tips: Je kunt je klonen het best in de derde of vierde week tijdens de vegetatieve fase van de moederplant nemen. Je moet onthouden dat de levensklok niet op nul wordt gezet als je een kloon maakt. Dit betekent dat als de moeder nog een week te gaan heeft alvorens met de bloei te beginnen, je klonen ook binnen een week kunnen beginnen met bloeien. Veel zaadbanken houden bepaalde soorten tientallen jaren in leven en nemen stekjes van andere stekjes. Zo zorgen ze ervoor dat ze altijd beschikken over die specifieke genen – je kunt ook de originele moeder in een vegetatieve staat houden voor zo lang als nodig is. Zo kun je in theorie een oneindig aantal klonen maken.

Het is trouwens ook mogelijk om een kloon te nemen van een plant die al bloeit, maar dat wordt niet aangeraden; vegetatieve klonen zijn veel makkelijker om in de hand te houden.

Nu je weet hoe je succesvol cannabisklonen kunt maken, zul jij ook in staat zijn om jouw favoriete soorten voor altijd te bewaren – wohoo!